dinsdag 30 juli 2013

Over kabelruzies en andere verzinningen

Verzinning, de, - : verschijnsel dat optreedt na veel woorden. Het houdt in dat je je woordenfabriek niet kan stoppen en niet kan ophouden die woorden van eigen makelij in het rond te strooien. Ik heb regelmatig last van verzinning.

Kabelruzie, de, -s: fenomeen waarbij je al je kabels netjes oprolt voor je ze in de doos doet - je hebt een doos voor kabels. Als je er dan eentje nodig hebt, blijkt dat de kabels in je afwezigheid een wild verstrengelend feest gehouden hebben. Daarop begin je te vechten met die kabels, wat resulteert in een kabelruzie: veel kabel, veel ruzie en minstens evenveel frustratie. Daarbovenop wordt je getrakteerd op een slagveld van gestorven kabels doorheen de hele kamer. Na kabelruzies vertik je je oorspronkelijke oprolplannen meestal.

Drolk, de, -en: wolk die op een draak lijkt. In dezelfde categorie: holk (heks), folk (fee), kolk (kasteel) en polk (paard). Of ook: sprolkenvelden (wolkenvelden die sprookjes vertellen).

Maanverwarring, de, -en: je zit in de auto. Bent blij, want je houdt wel van nachtelijke tripjes van en naar Antwerpen met Yevgueni op de achtergrond. Je moet even focussen op de baan - rechts invoegen vanaf oprit Borgerhout is in 't donker extra uitdagend. Dan zie je een fel licht, denkt nog: wat overdrijven ze tegenwoordig toch met die lichtreclames voor Wijnegem. Het duikt achter de bomen. Tot je plots - Wijnegem al lang voorbij - opnieuw dat licht achter de bomen zit verdwijnen en beseft dat 't een prachtig gele volle maan is. Het soort dat je verbaast en verwart. Het soort dat voor je uit blijft stralen en de weg naar huis wijst. En zorgt dat Yevgueni toch niet alleen voor jou zingt.



maandag 29 juli 2013

Als je 't mij vraagt (5)

Ik ging op bivak. Voor de allerlaatste keer. Keek daar heel er naar uit, maar ook tegen op. En nu is 't achter de rug. Die laatste. Ik schreef er veel over. Niet hier - dat stelde ik, wetende dat de laatste onder blogwoorden brengen moeilijk zou gaan, steeds weer uit - wel op onze chirowebsite. Ik sloot me elke dag een halfuurtje af van de bivakwereld en vertelde aan de buitenwereld wat zich in onze bubbel afspeelde. Deed dat met heel veel plezier ook. Het schrijvend opnieuw beleven gaf elke laatste een extraatje.


Ik vertelde van de vele waterspelletjes die we konden doen, nu het weer zo mooi was - liet daarbij niet na enkele steken onder en over water te geven aan vorige bivakedities. Van het zwembadje dat het haast nooit zonder chiromeisjes moest stellen, van het glijden op de zwarte plastiek, het verfgevecht, het weglopen van waterpistolen. Ik vertelde van knutselen, koken, quizzen, ravotten, chiro beleven op z'n best. Van het prachtige kamp in het bos,de gevangen-en-weer-vrijgelaten kikker , het wandelen zonder zeuren, het zwemmen-om-proper-te-weken, de beentjes los op de foute party. En niet alleen de grondig voorbereide (en dus ergens wel te verwachten) dolle pret ging dagelijks de wereld van het wijde web in. Ik vertelde het huisfront ook over de pyjamamodeshow die onze kids vakkundig organiseerden, het dierenziekenhuis dat ze op - minstens even vakkundige - poten (die van rupsje ribbel, vooral) zetten, het ingenieuze plan om de vlag te stelen en natuurlijk over de zalige bivakkost die onze kookouders elke dag voor ons klaarmaakten. Zelfs het bivaktoneel dat we dit jaar in vooraf door mezelf gemonteerde filmpjes goten zwierde ik dag na dag online. Volgens mij waren de thuisblijvers vaak meer mee met het bivak dan sommige chiromeiden.


En toch... ik schreef zoveel en ook weer niets. Want wat had iemand eraan te weten hoe hard ik ervan genoot om mijn speelclubbertjes elke avond een verhaaltje voor te lezen. Hen te zien genieten als ze vlak voor het slapen hun hoogtepunten van de dag konden vertellen aan rupsje ribbel. Of hoe ik uitkeek naar de maaltijden. Niet voor het eten - daar kom je als leiding van de kleinsten amper aan toe - maar voor de gekkigheid aan tafel. Het toekomst voorspellen (volgens S. ga ik trouwen met ene potter en ga ik later een goede chiroleidster en zangeres worden), het spelen met de bekers (tot spijt van de oren van de kookouders), het knoeien en weer opruimen, het lek-je-mes-maar-af-dat-mag-in-de-chiro, en zelfs de afwas (waar steevast van begin tot einde het Nederlandse koningslied meegekweeld werd). Of hoe ik even intens gelukkig kon worden van ontbijten in het zonnetje - dat konden we! Er moet een of andere weergod mijn laatste goedgezind geweest zijn- van fruitsla in het zwembadje, van een onverwachte knuffel, een briefje in mijn bed, een stiekeme lach.


Ik schreef niet hoe al die kleine beetjes bivak me veel harder binnenkort-missen deden beseffen dan alle activiteiten bij elkaar. Want dat zou komen, dat missen. Ik keek dan ook op tegen de echte laatste - die wanneer je aan alle kids moet vertellen dat de chiro in september zal starten zonder jou. Ik vreesde tranen en willen-blijven, spijt-van-laatste-hoofdstuk of misschien zelfs ik-wil-meer. En toen was daar die laatste dalende vlag. En het was plots goed.



Ik zag helderder dan ooit waarom ik stopte en wat achter en voor me lag. Achter me een geweldige chirotijd - als lid en leiding -, duizenden - en voor een keertje overdrijf ik niet in mijn duizendgebruik - blije chiroherinneringen en dichterbij het beste bivak ooit, met een zalige bende speelclubbers die ik nooit zal vergeten en een heerlijke leidingsploeg die het de komende jaren gigantisch goed gaat doen. Voor me: nog o zo veel chiroherinneringen om aan de lijst toe te voegen, uitdagingen van formaat bij de 'grote chiro en de kans om nog veel te groeien. In chiro en mezelf.


En het was plots goed.Geen traantjes of verdriet, enkel dankbaar voor wat was en nog zou komen. Laat die vlag maar neer. En zing van daal nu. Of beter nog: CH, CHI, CHIRO, we zijn een toffe bende, we zijn van de CHIRO!



donderdag 11 juli 2013

Als je 't mij vraagt (4)

Wat schreef ik veel vandaag. En wat deed het deugd.

Ik leefde de voorbije weken voor de chiro - nog meer dan ik dat normaal doe. Van 's morgens wakker worden, chirorokje aan, fiets op en naar de chiro over thuiskomen en nog wat verder chirowerken tot zelfs in chirorok naar Werchter. Ik zette alles op alles om van mijn allerlaatste bivak een knaller te maken. Want 't is de laatste - en dat besef groeide bij elk stapje in de voorbereiding, aangewakkerd door dat dubbele gevoel van wel-willen-genieten-van-nu maar toch ook een beetje spijt van bijna-voorbij. Ik beleefde intussen ook best wel wat blogwaardige dingen. Maar tijd om stil te staan en te schrijven was er nauwelijks. Want we moesten door. Dat bivak kwam eraan en er was nog zoveel te doen. Zoveel voor te bereiden, zoveel te knutselen, zoveel te monteren (dit jaar doen we ne keer zot en vervangen we onze dagelijkse toneeltjes door filmpjes à la Man Bijt Hond) zoveel in te pakken, klaar te zetten. Voor de laatste keer.

En nu zit 't erop. De camion is geladen, de koffers gepakt, de voorbereidingen afgedrukt, de filmpjes op youtube gesmeten. Dat nog-maar-één-nachtje-slapen kom heel dichtbij. Nu kunnen we echt beginnen aan de laatste. En kan ik voor 't eerst in mijn chiro-overdrive-hoofd naar woorden zoeken. Want stiekem kijk ik erg op tegen de laatste. De laatste avond. Het laatste kampvuur.  De laatste keer speelclubknuffels en vertellen voor het slapengaan, de laatste keer troosten, briefjes helpen schrijven, was sorteren, chiroboterhammetjes smeren, zot doen op de pyjamafuif. De laatste keer lieve briefjes op je bed, speelclubproblemen in een handomdraai oplossen, samen fantaseren, vergaderen, die laatste kilometers doorzetten op eendaagse, lachen met de kookouders. De laatste keer opruimen, poetsen, de inhoud van het bergkot op de camion tasten - en er weer af, en op en af.

De laatste. Weten dat 't dan echt voorbij is valt nu al moeilijk. Want hoewel de beslissing lang geleden en weloverwogen gemaakt is en er ook na dit chirohoofstuk nog genoeg zullen volgen, zit er zoveel chiro in me dat ik soms twijfel of het zonder chirozondagen en jaarlijkse dosis bivak zal lukken. Toch weet ik dat ik me vanaf morgenvroeg tien uur smijt, en dat ik in het bivakritme geen tijd ga hebben om lang stil te blijven staan bij de laatste. De intussen bekende chiro- en bivakrollercoaster levert me over tien dagen moe maar heelhuids en voldaan af met weer een fantastische verzameling chiroherinneringen aan de laatste op zak. En vooral: 't is zo geweldig goed geweest die voorbije zeven jaar als leidster - en nog steeds! Ik geloof wel in stoppen op een hoogtepunt. En dat hoogtepunt gaan we vanaf morgen samen met de hele leidingsploeg, kookploeg en kids tien dagen lang opbouwen. Dat 't maar een waardig afscheid wordt!

En hoeveel onvermijdelijke traantjes het kampvuur net niet zullen blussen... da's blognieuws voor over tien heerlijke bivakdagen. Want als je 't mij vraagt, zal het nog heeeeeeel lang CHIRO blijven!


woensdag 10 juli 2013

Festivalitis (2)

Werchter 2013. Wat had ik hier lang naar uitgekeken. Al maanden lonkte dat vakje op de kalender op het prikbord - tijdens de examens werd dat lonken extra gemeen. De friends gingen voor een combi-ticket, mijn portefeuille was daar minder blij mee. Maar met zondag was ik meer dan blij. Al helemaal toen de weersvoorspellingen zonnetjes in het rond strooiden. Gewapend met een compacte hete-zomerdag-overlevingskit (ik droeg zelfs een hoed. Een hoed!) trok ik naar de wei.

Hier kon ik wel aan wennen. In het zonnetje hoorde ik verhalen aan van drie dagen Werchtercamping. Twin Forks leverden aangename achtergrondmuziek - een fijne ontdekking! (ze lijken geen Spotifybestaan te leiden, maar niets is minder waar. Al dat leuks staat onder hun vorige groepsnaam Twin Falls. Dat koste me even de tijd om uit te vogelen. Als muziekgeek weiger ik me daar schuldig om te voelen) Voor de friends had de wei nog amper geheimen. Bij mij was het al wat langer geleden - het was warm en vakantie - dus ik liet me meetronen naar eetstandjes, bonnetjes, waterkraantjes en tenten.

Het optreden van Bastille was het eerste dat ik voor geen geld - ik had thans genoeg betaald om binnen te mogen - wilde missen. We waren het al snel eens: het moest een plekje goed vooraan worden. De exponentieel stijgende temperaturen in de Klub C konden ons niet op andere gedachten brengen. Ondanks de hitte placeerden we danspasje na danspasje en klapten, zwaaiden en zongen we steeds enthousiaster mee. Ik vond 't goed. Steengoed. En veel te snel voorbij ook. Was even zelfs de hitte (was het 50° intussen?) vergeten en genoot volop.



Enkele waterkraanbezoekjes en uitrustsessies in het gras met Tom Odell op de achtergrond later wrongen we ons opnieuw de tent in. Passenger stond op ons programma. De friends waren na een bezoekje aan Pinkpop lovend over zijn passage, dus de verwachtingen waren hoog - net als de temperaturen. Toch leek daaraan tegemoet komen geen enkel probleem. Vanaf minuut één was ik verkocht. Een kletskouserige man met een gitaar en een stem (en wat voor één!), meer had Passenger niet nodig om de hele Klub stil te krijgen. Muziek die wat met je lichaam doet, daar kan ik van genieten. Het optreden van Passenger was van die aard. Kippenvel bij dertig (veertig? vijftig?) graden: een beetje unheimlich. Halverwege de tent uitsluipen deed ik dan ook met pijn in het hart - damn you, werchter line up!

Niet dat we Passenger beu waren, integendeel. Maar Of Monsters and Men stond op ons te wachten in de Barn. En toegegeven: daar kwam ik voor. Hoe jammer het ook was dat we Let her go niet meer hebben kunnen horen, het was voor de goede zaak. Live is Of Monsters and Men immers nog talloze malen beter dan door koptelefoontjes die hun muziek verre van eer aan doen. Het meisje naast mij dat een optreden lang met zuur gezicht muisstil stond begreep ik niet. Ik kon dansjes niet bedwingen en zong luidkeels mee en het "een keer klappen, twee keer klappen" zal ik nog lang "Of Monsters and Men klappen" noemen. De afsluiter kwam veel te snel en nogal onverwacht. Ik vond 'm ook niet echt goed gekozen en wat traag, maar mijn Werchterdag was geslaagd!

Het ontbrak ons aan energie om voor Asaf Avidan alweer een tent in de duiken - dat doet zo'n warme dag en al je lievelingsoptredens in tenten met je - maar luisteren van in het gras en intussen afkoelen met een waterijsje deed vermoeden dat we toch echt wel een zalig optreden aan het missen waren. Note to self: in 't oog houden! Met Jake Bugg (ook best een gemiste kans, lijkt me) op de achtergrond waagden we ons aan een festivalavondmenuutje. Terwijl de zon langzaam achter de mainstage - waar ik gek genoeg nooit erg dichtbij ben gekomen - verdween, vertrok ik daarna stilletjes treinwaarts. Ik zal vast de slechtste festivalganger ooit zijn, maar trek me dat nauwelijks aan, want er stond 's anderendaags nog veel chiro en in de nabije toekomst weinig slaap te wachten. Ik zag de optredens die ik graag wilde zien, pikte hier en daar zeer fijne melodietjes mee, en genoot vooral van een heerlijke zomerdag met vriendinnen.

En dan vergeet ik vast nog de helft te vertellen. Ach, ik noem het maar een sfeerbeeld. En dat is best geslaagd. En misschien (her)schrijf ik nog eens verder.



Festivalitis (1)

De naam kon ik eerst niet goed onthouden. Na Fir Bolg heeft nu eenmaal teveel medeklinkers op onverwachte plaatsen. Ook de artiesten op het podium hadden het daar moeilijk mee. Creatief gebruik van de festivalnaam was eerder regel dan uitzondering. Het was er daarom niet minder geweldig. In 'n impuls beslisten E. en ik om eens een kijkje te gaan nemen op het folkfestival. Veel kon er niet misgaan. Een zomerse vrijdagavond, folkmuziek en De Nieuwe Snaar als headliner. Kleinschalig, dat wel, maar daarom ook des te gezelliger.

Nieuwkomer Isda wist af en toe te verrassen maar was niet de grote ontdekking van de avond. Hoewel ik onder de indruk was van de elektrische contrabas, kwamen uit zijn kleine broertje nog net iets te weinig folkdeuntjes naar mijn goesting. Leadzanger en violist is dan ook niet meteen de meest ideale combinatie als je 't mij vraagt.  

The Ghent Violin Project was meer mijn ding. Vier violen op het podium, een leuke energie, grappige bindteksten en op en top folk. Stilstaan bij de up-tempo's was echt geen optie, stil worden bij de prachtig rustige nummers dan weer een must. Hun zangeres had in dat laatste een groot aandeel - in één woord: wauw! Toch was ik stiekem aan het wachten op De Nieuwe Snaar, die ik (helaas) nog nooit aan het werk zag.

En wat werd mijn wachten beloond! Ze knalden van het podium, bij momenten letterlijk. De violist hees zichzelf in doeken voor een heuse circusact, om even later al vuurspuwend in een betonmolen te kruipen. Ik stond als een klein kind met open mond te kijken. Dit was show in de meest gevarieerde betekenis van het woord. De muziek stelde nooit teleur, het entertainment op en langs het podium evenmin. Ik werd bij elke minuut van het optreden meer fan. De verrassing van de avond verscheen op podium in de gedaante van Nele Paelinck - mijn favoriete ex-school-is-cool-er. Zij wist een einde te brengen aan de leuze "geen vrouwen in de groep" en speelde, zong en danste samen met de mannen de pannen van het dak. Voeg daarbij nog een heerlijk eindeloze bissessie en een publiek dat uit z'n dak gaat en het plaatje is compleet. Ik weet het nu wel zeker: ik moét aan kaartjes voor de afscheidstournee van De Nieuwe Snaar zien te geraken!

Afsluiten deden we met een paar boombaldansjes gebracht door Peut-être demain. De Jigg's, Polka's en Mazurka's zweefden nog dagen door mijn hoofd - en kropen in mijn vingers en viool. Een herinnering aan een heerlijke avond in heerlijk gezelschap. Pak dat we volgend jaar drie dagen gaan!


Bovengemiddeld goed

"Je schrijft bovengemiddeld goed, Lotte," zei hij. "Je Nederlands is opmerkelijk helder en je teksten zijn gestructureerd," zei hij. "Ik heb je scriptie met plezier gelezen", zij hij. Ik glunderde wat - probeerde dat inwendig te doen, al zal dat een vergeefse poging geweest zijn - en luisterde vaag naar de afspraken voor volgend jaar.

Uren had ik erover gepiekerd. Ik ging dat nooit kunnen, ging nooit dat bachelordiploma halen. En dan lag ie er plots. 18.000 woorden zwoegend en zwetend uit m'n vingers en hoofd gevloeid. En ik diende 'm netjes een week voor de deadline in. In eerste zit.

En hij zij dat ie 'm goed vond. Dat ie graag verder wilde voor de masterthesis en dat ie 't zag zitten - "je hebt nu genoeg maturiteit om dit thema uit te werken, ik ben er zeker van dat je 't goed gaat doen". De scriptiepunten mocht ie niet verklappen - die kwamen eindeloos later online - maar voor mij deden ze er al niet meer toe.

Bovengemiddeld goed, onthield ik en ik danste bijna buiten.


Fin d'examen

Eerst kwijnde ik nog wat weg. Iedereen leek examenvrij, terwijl achter mijn bureautje nog hard gezwoegd werd. Mijn hoofd zat al in de zomer, de boeken voor mijn neus deden het tegendeel vermoeden. Gelukkig kwam ie toch snel, die laatste. En hij ging tranen-met-tuiten-slecht. Ik had 't thans goed geleerd. Graag ook - 't was interessant. Bij het lezen van de vragen en de afwezigheid van rinkelende belletjes zag in mijn zomerplannen (PP13, Krinkel, chirochirochiro,...) langzaam vervagen, samen met de antwoorden. 't Was mondeling dan nog. Ik moet er hulpelozer dan ooit bijgezeten hebben maar wist ergens nog wel antwoorden terug te ketsen in het vragenvuur waaraan ik onderworpen werd. Hij had vast medelijden met me - genoeg voor een tien, zo bleek later. En hoewel dat nauwelijks een troost was zat 't er na wat een eeuw leek eindelijk op. Het knopje in m'n hoofd ging om: VAKANTIE-IE!

Tijd voor roadtripjes en eindelijk nog eens wat chiro. Roadtripjes naar pretparken nog wel. Onder de indruk was ik niet van Moviepark, een heerlijke dag was het wel. Even uitwaaien (heel letterlijk te nemen), examenzorgen vergeten (bengelend op zo'n 60m boven de grond vlak voor een vrije val heb je wel wat anders aan je hoofd), nieuwe achtbanen testen, grenzen verleggen (bengelen op 60m - het motto "ik ga overal in ook al ben ik een beetje bang" is nog steeds intact), zalig bijkletsen, vogelvrij vliegen in de stoeltjescarrousel (stiekem toch nog steeds mijn favoriete attractie), strategieën bedenken om nattigheid in de boomstammetjes te vermijden (er kwam er al genoeg uit de lucht), voor sluitingstijd nog snel in die attractie (en die en die en die), zotte Duitsers spotten,... Meer had ik niet nodig. 't Was genieten eerste klas aka de vakantie inzetten in stijl!