Door verzonkenheid verblind
Spring ik sierlijk goedgezind
Aan boord van de verkeerde bus
Naar 's lands droomste terminus
De bocht gemist, wijk onbekend
Elk richtinggevoel stilaan absent
Moet ik inzichtig toegeven:
Een lapsus Lottae blootgegeven
Niet getreurd, glimp om de hoek
Gevangen blik een groene broek
Waterwinterzon stoer aan je zij
Fiets je me wapperend voorbij.
Halt en ho en stop de Lijn
Wil achter je aan, even samenzijn
Of minstens ongezien gegeneerd
Blikken kruisen, bespioneerd
Maar je ongrijpbaar stalen ros
Besliste anders - ik de klos
Ruggelings gevloek zonder spijt
Straathoeken nooit eerder zo benijd
Plots de verrassing van de dag
Het licht op rood, ik overstag
Ridderlijk neergedaald, jij naast mij
Durf ik enkel blozen van een beetje wij
Mijn woorden - lief en zo en zus
Liggen slechts in hoopjes op de bus
Ik wring nog net een lach tussen oor en oor
Wimper je stiekem tussen ogen door
Helaas. Onherroepelijk angstvisioen:
Het werd - onvermijdelijk - toch groen
Je glimt en knipt nog snel een oog
Springt op je paard, einde betoog
In vind mezelf amper terug op de stoep
Overweldigd door groen boegeroep
En ook weer tenenkrullend blij
Van zon, en lach en dag en jij
Geen opmerkingen:
Een reactie posten