Horizontale rimpels
zijn de rimpels
van de verwondering.
Van het optrekken
van de wenkbrauwen.
Van overpeinzing
en levenswijsheid.
Verticale rimpels
— ik zeg het maar —
zijn dwarse rimpels.
Van dwarse gedachten.
Van nukkigheid en boosheid.
Het komt er dus op aan
om in je leven vooral
horizontaal te rimpelen.
Geert De Kockere
Ik nodig je uit, lieve lezer, droom lekker mee. Dans door mijn dag. Duik in mijn wereld, mijn hoofd, mijn woorden. En laat je vooral niet afschrikken door de heerlijk hevig heersende chaos die mijn gedachten durft te beheersen. Waar deze blog me brengt, moet blijken. Maar onthoud alvast dit: de reis is de bestemming.
zaterdag 24 november 2012
donderdag 22 november 2012
Teletijdmachine-effect
"Och god, hier hebben wij nog fysica gehad."
"Dat ruikt hier nog steeds hetzelfde he."
"Den dinges, hoe zou het daar mee zijn?"
"Amai, in onze tijd zou dat allemaal niet waar geweest zijn. Wat een luxe hier."
"Wat studeer jij nu ook alweer?"
"Gij zijt ook geen haar veranderd."
"Weet je nog, van-in-den-tijd."
"Ah ja, en ik zat altijd daar."
"Wat doe jij zoal, in het leven."
"Hier hebben wij toch vaak zitten babbelen he."
"Hebt ge dinges gezien? Die is bijna onherkenbaar!"
"Hier zaten wij in het zesde. Och en dat was onze klas van 't vierde!"
"Zou die hier nog lesgeven? Daar hebben we toch hard mee gelachen soms he."
Zo dwaalde ik na al die jaren nog eens door de school, herkende vaag het verleden onder een jasje vernieuwing en dacht met een wee gevoel terug aan alle fijne herinneringen die door de gangen zweefden. Klasgenootjes met wie ik nog nauwelijks contact heb hielden halt en sloegen een babbeltje, vaag herkende gezichten werden weer in klassen opgedeeld en leerkrachten bleken ons toch nog te herinneren. Sneller dan verwacht kwamen de herinneringen in geuren en kleuren terug. Ze werden het vaakst aangehaalde onderwerp die avond. Na de verplichte 'lang-geleden-hoe-is-het-wat-doe-jij-nu' vervielen haast alle gesprekken in 'weet-je-nog-van-...'. En oh ja, ik wist-nog-van. Ontelbare opgediepte verhalen, machtige momenten en enkele gênante "nee-dat-weet-ik-niet-meers" maakte van de avond een prachtige teletijdmachinebeleving.
Gek eigenlijk, hoe weinig je huidige leven aan bod komt, en hoe zeer je terug in je gezamenlijke verleden duikt. Ik denk niet dat ik de enige twaalfjarige was die er die avond rondliep. Opvallend hoe de binnenkomst in de Mediatheek nog steeds stilte met zich meebrengt, hoe leerkrachten toch steeds leerkrachten blijven (inclusief gemeneer en gemevrouw), en hoe de pas afgestudeerde KJ'ers toch vooral 'die kleine derdejaars' blijven. Of hoe er in al die jaren haast niets veranderd leek. En toch ook zo veel.
Een ronduit vreemde, ongelofelijk interessante en amusante avond, die reis met de teletijdmachine!
![]() | |
For old time's sake |
Mama Matrea*
Ik was slechtgezind. Al een hele dag. Gewenteld in zelfmedelijden, ook. Dat schrijven aan die scriptie wil dan niet lukken, dat lezen al helemaal niet, en denken aan alles wat ik nog moest doen deed me zo dichtklappen, dat ik niet anders kon dan een royaal middagdutje doen. Daarna voelde ik me zo schuldig dat enkel een hersenloze wegkijkserie (hello there, 2 broke girls) nog soelaas kon bieden. Oftewel: een verloren godverdomse dag uit het godverdomse leven van een godverdomse student. Of bol.
Tot een blik op de kalender een felrood cirkeltje in het oog deed springen. Ik keek weg, staarde wat doelloos naar de letters die voor mijn part niet eens in woorden gegroepeerd waren. Keek weer op en las "Cocktailnight". Keek weer weg - dag dansende lettertjes. Keek weer op. Hé wacht! Woensdag. Dacht even diep na. Woensdag... Woensdag... Dat is vandaag! Het vooruitzicht op een gezellige avond, cocktails en bijbabbelen met de vriendinnen ontdeed mijn dag in een oogwenk van zijn godverdomsheid. Gniffelende glimlachjes hielpen me alsnog door dertig pagina's scriptievoer.
Vanaf nu ga ik de mix opzwepende Cubaanse muziek, een bende vriendinnen en zalig zoete cocktails onthouden als behandeling voor acute slechtgezindheid. En een tip voor lustige cocktailzoekers in het Antwerpse: Mama Matrea! Heerlijke sfeer, waanzinnige keuze aan alcoholisch lekkers en een warme vriendelijkheid bij de bediening. En ideale mogelijkheden voor 'een goestingske' op de eetkaart.
Het was de ideale avond. Je weet wel, zo eentje waar je soms eens nood aan hebt. De ontdekking van een fijne cocktailbar, onderdrukt meedansen op zwoele ritmes, kakelend kwetteren over onderwerpen die er naarmate de avond vordert steeds minder toe doen en een legendarische corridor chat als afsluiter. I. Love. My. Life. En slechtgezind? Dat ben ik nooit, hoor.
* "Het woord “matrea” is geinspireerd door “maytrea”, de toekomstige boeddha die volgens sommige boeddhisten verlichting en een nieuwe samenleving zal brengen gebaseerd op tolerantie en liefde." How can you not like a place with a name like that? Ik ben fan!
Tot een blik op de kalender een felrood cirkeltje in het oog deed springen. Ik keek weg, staarde wat doelloos naar de letters die voor mijn part niet eens in woorden gegroepeerd waren. Keek weer op en las "Cocktailnight". Keek weer weg - dag dansende lettertjes. Keek weer op. Hé wacht! Woensdag. Dacht even diep na. Woensdag... Woensdag... Dat is vandaag! Het vooruitzicht op een gezellige avond, cocktails en bijbabbelen met de vriendinnen ontdeed mijn dag in een oogwenk van zijn godverdomsheid. Gniffelende glimlachjes hielpen me alsnog door dertig pagina's scriptievoer.
Vanaf nu ga ik de mix opzwepende Cubaanse muziek, een bende vriendinnen en zalig zoete cocktails onthouden als behandeling voor acute slechtgezindheid. En een tip voor lustige cocktailzoekers in het Antwerpse: Mama Matrea! Heerlijke sfeer, waanzinnige keuze aan alcoholisch lekkers en een warme vriendelijkheid bij de bediening. En ideale mogelijkheden voor 'een goestingske' op de eetkaart.
Het was de ideale avond. Je weet wel, zo eentje waar je soms eens nood aan hebt. De ontdekking van een fijne cocktailbar, onderdrukt meedansen op zwoele ritmes, kakelend kwetteren over onderwerpen die er naarmate de avond vordert steeds minder toe doen en een legendarische corridor chat als afsluiter. I. Love. My. Life. En slechtgezind? Dat ben ik nooit, hoor.
* "Het woord “matrea” is geinspireerd door “maytrea”, de toekomstige boeddha die volgens sommige boeddhisten verlichting en een nieuwe samenleving zal brengen gebaseerd op tolerantie en liefde." How can you not like a place with a name like that? Ik ben fan!
zaterdag 17 november 2012
Schrijfkramp
Wee o wee! Ik heb een schrijfkramp!
Na het schrijven van amper twee zielige paginaatjes. Het mag ook niet verbazen eigenlijk. Mijn vingers vergroeiden de laatste jaren steeds meer met mijn toetsenbord, en vervreemdden evenredig van de pen. Geen spijtige zaak ook, vind ik. Notities nemen tijdens colleges gaat een pak sneller al tokkelend, samenvattingen en papers vloeien aan ijltempo uit mijn vingers richting netjes opgemaakte worddocumenten en eender-welk-andere-ding waarvoor je eventueel een pen ter hand zou nemen, gaat digitaal allicht veel efficiënter.
Tot die o zo efficiente techniek me even in de steek liet. Daar sta je dan, aan de vooravond van je eerste speech (Chirovoorzitstersgewijs. Spannend, en al.). Schrijven ging vlot, lustig tokkelend - afgezien van een paar wat-moet-ik-nu-nog-vermelden-pauze's. Maar dan... De onheilspellende stilte van de printer na de zelfverzekerde klik op "afdrukken" negeerde ik. De pop-up "inktcartridge leeg" kon ik echter niet naast me neerleggen. Adem in-en-uit-en-in. Geen paniek, ik passeer gewoon even langs de bib, en dan kan ik alsnog met een netjes geprinte versie van mijn toespraak(je) voor het publiek verschijnen.
Tot ook die o zo efficiente instelling me in de steek liet. Een blik op de klok en kleine googlesessie "openingsuren ua-bib" brachten de wanhoop nabij. En zo belandde ik op een fijne vrijdagavond achter mijn bureautje. Al schrijvend. Met pen en papier. En al. Wist je, dat een Word-A4'tje overschrijven lang duurt? Of ik moet heel traag schrijven. Of ongeduldig zijn. (beiden?) En wist je, dat je tekst ineens driedubbel zo lang lijkt? Of dat twee pagina's schrijven pijn doet aan je hand?
Ik kan maar amper geloven dat ik vroeger paginalange dagboekbijdragen schreef en mijn pennenvriendinnen verraste met brieven die altijd net dat beetje langer waren dan de vorige keer.
Pijnlijke verkrampte handen kan ik me nog amper herinneren. Vlotte manoeuvres over het papier dan weer wel. Al schreef ik niet zo mooi. Of leesbaar for that matter.
Al bij al ben ik erg blij dat ik dit blogje weer lekker kan tikken. Lustig tokkelend, backspacegebruikend (en niet die lastige tipp-ex) en pijnloos. En oh ja: wish me luck. Ik kan dat allicht gebruiken als ik tijdens mijn speech mijn hanepoten mag proberen ontcijferen. Of zal de kunst der improvisatie redding brengen? Blijft spannend toch wel.
Na het schrijven van amper twee zielige paginaatjes. Het mag ook niet verbazen eigenlijk. Mijn vingers vergroeiden de laatste jaren steeds meer met mijn toetsenbord, en vervreemdden evenredig van de pen. Geen spijtige zaak ook, vind ik. Notities nemen tijdens colleges gaat een pak sneller al tokkelend, samenvattingen en papers vloeien aan ijltempo uit mijn vingers richting netjes opgemaakte worddocumenten en eender-welk-andere-ding waarvoor je eventueel een pen ter hand zou nemen, gaat digitaal allicht veel efficiënter.
Tot die o zo efficiente techniek me even in de steek liet. Daar sta je dan, aan de vooravond van je eerste speech (Chirovoorzitstersgewijs. Spannend, en al.). Schrijven ging vlot, lustig tokkelend - afgezien van een paar wat-moet-ik-nu-nog-vermelden-pauze's. Maar dan... De onheilspellende stilte van de printer na de zelfverzekerde klik op "afdrukken" negeerde ik. De pop-up "inktcartridge leeg" kon ik echter niet naast me neerleggen. Adem in-en-uit-en-in. Geen paniek, ik passeer gewoon even langs de bib, en dan kan ik alsnog met een netjes geprinte versie van mijn toespraak(je) voor het publiek verschijnen.
Tot ook die o zo efficiente instelling me in de steek liet. Een blik op de klok en kleine googlesessie "openingsuren ua-bib" brachten de wanhoop nabij. En zo belandde ik op een fijne vrijdagavond achter mijn bureautje. Al schrijvend. Met pen en papier. En al. Wist je, dat een Word-A4'tje overschrijven lang duurt? Of ik moet heel traag schrijven. Of ongeduldig zijn. (beiden?) En wist je, dat je tekst ineens driedubbel zo lang lijkt? Of dat twee pagina's schrijven pijn doet aan je hand?
Ik kan maar amper geloven dat ik vroeger paginalange dagboekbijdragen schreef en mijn pennenvriendinnen verraste met brieven die altijd net dat beetje langer waren dan de vorige keer.
Pijnlijke verkrampte handen kan ik me nog amper herinneren. Vlotte manoeuvres over het papier dan weer wel. Al schreef ik niet zo mooi. Of leesbaar for that matter.
Al bij al ben ik erg blij dat ik dit blogje weer lekker kan tikken. Lustig tokkelend, backspacegebruikend (en niet die lastige tipp-ex) en pijnloos. En oh ja: wish me luck. Ik kan dat allicht gebruiken als ik tijdens mijn speech mijn hanepoten mag proberen ontcijferen. Of zal de kunst der improvisatie redding brengen? Blijft spannend toch wel.
![]() |
Een speechke. Geschreven, en al. |
woensdag 14 november 2012
Koelkastgetater
hongerig hijg jij die omarming
als subtiele zucht vrij
wek je weelderig wij
wang tegen wens
als vluchtige vertroeteling
jouw hand, mond, zoen
een glimpje maan in de nacht
kwelling vol genot
zondag 11 november 2012
Hololool
Dorpsfeesten. Het is iets vreemd, vind ik. Ons erg
gemiddeld Limburgs dorp doet er echter maar wat graag aan mee. Het Zonhovense
Sint-Maartensvuur is dan ook in de wijde omgeving bekend, althans, dat geloven
we graag. Het kreeg zelfs een eigen naam – Hololool (vraag me niet vanwaar het komt, maar de ironie is wel: de gemiddelde Hololoolganger kan aan het einde van de avond de naam van het evenement nog nauwelijks produceren). Het begon ooit kleinschalig maar groeide de voorbije twintig jaar uit tot een vast waarde met elk jaar enkele duizenden bezoekers. De mix van het succes? Een
grote tent, rijkelijk vloeiende drank, een gigantisch vuur,
live muziek en een spetterend vuurwerk. En dat brengt zowat een heel dorp op de been en laat
’t vooral helemaal los gaan! Er is voor elk wat wils ook: fakkeltocht, kinderdisco en straattheater voor de kids, die eerste breezer voor de tieners en een ruim aanbod
aan jenever voor... welja, de rest.
Mijn rol in het geheel? Bevallige drankenschenkster. Met de chiro bevolken we immers al sinds jaar en dag de tap en doorgeeftoog. Keihard werken, dat wel. Maar steeds een fascinerend avondje. Hoe later op de avond, hoe fascinerender ook. Niet alleen de (toegegeven: soms vreemde) praktijken die je van achter de toog gadeslaat, maar ook de bestellingen. Ik ben geen held met mijn kortetermijngeheugen. Bestellingen als ‘een bessenjever, twee banaan, drie cactus, een appel, een bloedappelsien, een glühwein en vijf pintjes’ – en dan er nog achteraangeschreeuwd: ‘ofnee, maak van die ene cactus een neusjesjenever ’ – zijn dan ook echt uitdagingen. Mentaal én fysiek. Onthouden lukte me meestal nog net, ik was soms verbaasd van mezelf (al ben ik er ook van overtuigd dat er meer dan een paar onwetende zielen met de verkeerde bestelling naar hun opdrachtgevers getrokken zijn). Maar probeer dat maar eens te dragen. Ik geloof dat je gemakkelijk een fles kan vullen met de jenever die ik tegen de grond gooide of morste onderweg (die verdomde dingen moesten maar niet zo klein en onhandig zijn). En hoe later op de avond het werd, hoe gevaarlijk gladder het werd achter onze toog, van al het bier dat tegen de grond ging.
Maar: we hebben het weer gehad voor een jaartje. En hoe hard werken het ook is, ik lach me er elk jaar ziek. Eens de magische grens van twaalf uur overschreden is, gaat Zonhoven helemaal uit de bol. Dan wordt het steeds moeilijker om de mensen aan de andere kant van je toog duidelijk te maken dat je voor drie bonnetjes drie pintjes krijgt, en geen vier. En het gezeur (‘Die pint is niet vol’, ‘Daar staat teveel schuim op’, ‘De kriek is lauw’, ‘Is dàt banaanjenever? Vorig jaar zag die er anders uit’) vervaagt gelukkig, net als het bewustzijn. Dan worden als op automatische piloot pintjes achterovergekapt, jenevertjes weggewerkt en frisdrank uitgedeeld aan die ene zeldzame bob.
Nee, over het algemeen hou ik wel van Hololool. Het is alleen de kunst om de zatteriken te negeren (vooral de naarmate de avond vordert groeiende categorie ‘vieze oude venten’), je warm genoeg te kleden (maar toch met genoeg laagjes: weinig truien als je aan ’t werk bent, veel truien als alles moet opgeruimd worden) en op voorhand wat extra slaap te stockeren. En dan wordt Hololool een magisch volksfeest, waar je een heel dorp ziet samenkomen, waar je een ongelofelijke diversiteit aan mensen ziet passeren en waar je toch altijd even denkt: hopelijk word ik later niet zo...
Mijn rol in het geheel? Bevallige drankenschenkster. Met de chiro bevolken we immers al sinds jaar en dag de tap en doorgeeftoog. Keihard werken, dat wel. Maar steeds een fascinerend avondje. Hoe later op de avond, hoe fascinerender ook. Niet alleen de (toegegeven: soms vreemde) praktijken die je van achter de toog gadeslaat, maar ook de bestellingen. Ik ben geen held met mijn kortetermijngeheugen. Bestellingen als ‘een bessenjever, twee banaan, drie cactus, een appel, een bloedappelsien, een glühwein en vijf pintjes’ – en dan er nog achteraangeschreeuwd: ‘ofnee, maak van die ene cactus een neusjesjenever ’ – zijn dan ook echt uitdagingen. Mentaal én fysiek. Onthouden lukte me meestal nog net, ik was soms verbaasd van mezelf (al ben ik er ook van overtuigd dat er meer dan een paar onwetende zielen met de verkeerde bestelling naar hun opdrachtgevers getrokken zijn). Maar probeer dat maar eens te dragen. Ik geloof dat je gemakkelijk een fles kan vullen met de jenever die ik tegen de grond gooide of morste onderweg (die verdomde dingen moesten maar niet zo klein en onhandig zijn). En hoe later op de avond het werd, hoe gevaarlijk gladder het werd achter onze toog, van al het bier dat tegen de grond ging.
Maar: we hebben het weer gehad voor een jaartje. En hoe hard werken het ook is, ik lach me er elk jaar ziek. Eens de magische grens van twaalf uur overschreden is, gaat Zonhoven helemaal uit de bol. Dan wordt het steeds moeilijker om de mensen aan de andere kant van je toog duidelijk te maken dat je voor drie bonnetjes drie pintjes krijgt, en geen vier. En het gezeur (‘Die pint is niet vol’, ‘Daar staat teveel schuim op’, ‘De kriek is lauw’, ‘Is dàt banaanjenever? Vorig jaar zag die er anders uit’) vervaagt gelukkig, net als het bewustzijn. Dan worden als op automatische piloot pintjes achterovergekapt, jenevertjes weggewerkt en frisdrank uitgedeeld aan die ene zeldzame bob.
Nee, over het algemeen hou ik wel van Hololool. Het is alleen de kunst om de zatteriken te negeren (vooral de naarmate de avond vordert groeiende categorie ‘vieze oude venten’), je warm genoeg te kleden (maar toch met genoeg laagjes: weinig truien als je aan ’t werk bent, veel truien als alles moet opgeruimd worden) en op voorhand wat extra slaap te stockeren. En dan wordt Hololool een magisch volksfeest, waar je een heel dorp ziet samenkomen, waar je een ongelofelijke diversiteit aan mensen ziet passeren en waar je toch altijd even denkt: hopelijk word ik later niet zo...
Boekenbeurs
Ik bracht al een blitzbezoekje vorige week. De
uitnodiging voor de vooropening die ik in mijn bezit had wilde ik immers niet
verloren laten gaan. Maar toegegeven: het is moeilijk boekenkijken als half
bekend boeken-Vlaanderen zich voor achter, op, onder en tussen de boeken
begeeft om toch maar dat glaasje wijn, dat lekker hapje of die schotel met
lekkernijen te grijpen. Om nog maar te zwijgen over de halsstarrige
babbelkousen die met geen stokken van hun plaats te krijgen zijn. Probeer dan
maar eens de achterflap te lezen van een boek dat vanop afstand de aandacht
trok. Toch was ik er graag. Heel graag. Tussen boeken en hun schrijvers, dat
kan nauwelijks mislopen. Dus dwaalde ik wat rond, probeerde hier en daar een
glimp van een boek op te vangen en snoof ik vooral de sfeer op. En nog meer: ik
stippelde een denkbeeldige route uit voor mijn volgend bezoekje. Want dat moest
er komen. Ongetwijfeld.
Het zou immers zonde zijn aan een jarenlange traditie een einde te maken. Zolang ik me kan herinneren is begin november boekenbeurstijd. Eerst was ’t vooral een uitstapje met het hele gezin, later werd het een treinritje met mama, maar een onvermijdelijk dag-en-tot-straks bij het binnenkomen, tot ook dat niet meer aan de orde was en de boekenbeurs helemaal van mezelf werd. Begrijp me niet verkeerd: naar de boekenbeurs gaan met vriendinnen is heel leuk, ik deed het dan ook al een aantal keer. Toch vind ik het minstens even leuk, of misschien zelfs een ietsiepietsie leuker om op m’n eentje tussen de boeken te snuffelen. Uren kan je me er droppen. Mijn jaarlijkse paar uurtjes boekengenieten.
En ook de zesenzeventigste editie was weer een succes. Na vorig jaar was dit jaar met twee bezoekjes een beetje afkicken. Toen deed ik immers stage bij de boekenbeurs. Twee weken lang in Antwerp Expo kamperen, en de beurs van achter de schermen meemaken... Het was een dream-come-true. Dit jaar miste ik mijn dagelijkse aanwezigheid op de boekenbeurs stiekem een beetje. Maar geen gemis dat een beetje boekenshoppen niet kan goedmaken. En zodus: twee goed gevulde boekenzakken, een voorschrift van de boekendokter en heel wat boekenindrukken rijker trok ik weer naar huis. En de aftelkalender naar volgend jaar ligt alweer klaar!
Het zou immers zonde zijn aan een jarenlange traditie een einde te maken. Zolang ik me kan herinneren is begin november boekenbeurstijd. Eerst was ’t vooral een uitstapje met het hele gezin, later werd het een treinritje met mama, maar een onvermijdelijk dag-en-tot-straks bij het binnenkomen, tot ook dat niet meer aan de orde was en de boekenbeurs helemaal van mezelf werd. Begrijp me niet verkeerd: naar de boekenbeurs gaan met vriendinnen is heel leuk, ik deed het dan ook al een aantal keer. Toch vind ik het minstens even leuk, of misschien zelfs een ietsiepietsie leuker om op m’n eentje tussen de boeken te snuffelen. Uren kan je me er droppen. Mijn jaarlijkse paar uurtjes boekengenieten.
En ook de zesenzeventigste editie was weer een succes. Na vorig jaar was dit jaar met twee bezoekjes een beetje afkicken. Toen deed ik immers stage bij de boekenbeurs. Twee weken lang in Antwerp Expo kamperen, en de beurs van achter de schermen meemaken... Het was een dream-come-true. Dit jaar miste ik mijn dagelijkse aanwezigheid op de boekenbeurs stiekem een beetje. Maar geen gemis dat een beetje boekenshoppen niet kan goedmaken. En zodus: twee goed gevulde boekenzakken, een voorschrift van de boekendokter en heel wat boekenindrukken rijker trok ik weer naar huis. En de aftelkalender naar volgend jaar ligt alweer klaar!
![]() |
De vangst |
Abonneren op:
Posts (Atom)