Ik wilde nog eens wat schrijven. Dat doe je namelijk niet zo op bivak. Afgezien van een snel neergekribbelde materiaallijst, een adres op een brief van een speelclubber of het verplichte 'het-eten-is-lekker-de-kindjes-zijn-braaf-en-het-weer-is-goed-kaartje naar het thuisfront dan. Want laten we eerlijk zijn: aan (brieven) schrijven kom je amper toe in de hectiek die een kamp als leiding met zich meebrengt. Al weerhoudt dat me er niet van om jaar na jaar mijn mapje met briefpapier, stickers en postzegels mee te zeulen. Er moest maar eens een dood moment opduiken...
Die waren in de bivakeditie 2012 (gelukkig?) amper. 'Vrije' momentjes werden opgevuld met materiaal klaarzetten/opruimen, kinderharen kammen (hoe slagen ze er toch in om dag na dag zoveel knopen te verzamelen? Om maar te zwijgen over die ene verdwaalde kauwgom...), zoektochten door koffers naar uniformen ("mijn mama heeft dat niet ingepakt"... oh wel) en een occasioneel dutje in mijn koffer (oh ja. Letterlijk. Ofte: waar je al niet terechtkomt in je zoektocht naar een rustig plekje).
Niet dat er niets te vertellen was trouwens. Moest de tijd eindeloos rekbaar zijn, ik zou kantjes en kantjes vol bivakbelevenissen pennen. Enveloppe in, postzegel erop, en weg. Zo ging dat, in zorgeloze kinderjaren. Als hoofd van de grootste brievenproductiemachine van het bivak zorgde ik ervoor dat elke nobele brievenschrijver een uitgebreid antwoord kreeg met minstens even uitgebreid verslag van de toestand op kamp. Maar dan word je groter, en leidster. Tijd op bivak wordt schaarser, de platte rust wordt plat noch rust, de vrije tijd wordt vrij noch tijd. Bivakbelevenissen worden zorgvuldig gedropt in een herinneringsdoosje, en af en toe uitgehaald en afgestoft - na enkele bijslaapdagen, welteverstaan.
En kijk, die bijslaapdagen zijn nu zo ongeveer voorbij. Alive and kicking, zoals dat heet. Tenminste, ik lijk wel op zonne-energie te werken. Nu dat zo gemiste zonnetje - zei daar iemand regenbivak? - wel weer van de partij is, lijkt de bivak-jetlag mee te vallen. Het verwachte slaaptekort was van de baan na een nachtje ongestoord slapen in een warm, droog en zacht bed. Het was louter wennen aan de afwezigheid van mijn chirorokje na meer dan vier weken, verder vielen de bivakontwenningsverschijnselen goed mee.
Maar waar begin je dan te vertellen... Het spreekt voor zich dat tien dagen bivakrollercoaster niet te vatten zijn in een blog(je)... Het ene moment ben je aan het zwoegen om de camion in te laden voor vertrek, het andere moment zit je liedjes te zingen bij het kampvuur met tranen in de ogen omdat het er alweer bijna opzit. En daartussen? Wel, bivak 2012 bevatte wel wat verrassende verwarrende verwonderingen...
Zo was er onze bivakplaats, al snel bekroond tot 'stronthol' (don't ask... iets met Möderscheid - ofte modderschijt -, koeien, geurtjes, massa's vliegen, een overlopende beerput, een dak dat zijn regenafstotende taak niet zo serieus neemt,... Kortom: iemand was zeer blij met haar slaapplaats in de tent!). Mijn eerlijkheid gebied me wel te melden dat na aanbrengen van onze prachtige Alice-in-wonderland-decoratie het hol toch al iets minder strontig (excuse my language... een bivakoverblijfseltje) werd.
Onze goede vriend het weer zorgde er ook voor dat we véél van die bivakplaats gezien hebben. Ons mooie grasveldje werd in twee dagen tijd omgetoverd in een modderpoel en na dag vier was het zelfs amper mogelijk het veld over te steken zonder tot je knieën in de bruine brij te zakken. Hoewel het creatief zijn met regenprogramma (en de bijhorende wie-speelt-waar-in-de-veel-te-kleine-binnenruimte-puzzel) niet altijd even plezant was, bood de modderovervloed (in Modderschijt, hoe toepasselijk) ook leuke mogelijkheden. De vieze dag kreeg een extra dimensie (bye bye voorbereiding 'spelletjes op de zwarte plastiek', hello random game in de modder) en zelfs een paar gewone spelletjes liepen uit de hand. Zei iemand daar moddergevecht?
Gelukkig konden we op tweedaagse ons stronthol ook even achter ons laten. Een vertrek in de gietende regen beloofde weinig goeds en de steile bergop vlak na dat vertrek deed de schaarse moed al helemaal in de schoenen zinken. Gelukkig was daar al snel de eerste speeltuin, inclusief afdakje om te schuilen. Zo 'rustten' we ons door enkele regenbuien, en leefden we ons tussendoor uit op de vast-wel-voor-kinderen-van-onze-leeftijd-bedoelde speeltuin. Verder werd tweedaagse gevuld door regenbuien, frustratie over de sluitingsuren van de plaatselijke frituur (en over het vooruitzicht van alweer boterhammetjes met choco als avondmaal), regenbuien, een verschrikkelijk enge aanvaring met dronken Meyerodenaars in een auto (tip: meid Meyerode ten tijde van het Grillfest) , regenbuien, speeltuinen, enkele paarden, regenbuien, een bezoekje aan de Delhaize (waar een zekere leidster - Wie? Ik? Neuh! -per ongeluk (!) een racketijsje ontvreemdde), berg-op-en-berg-af-en-weer-op, en nog wat regenbuien.
Een kleine scroll omhoog leert me dat ik alweer veel te lang aan het schrijven ben. Dat komt ervan, als je een blogje begint met 'ik wilde nog eens wat schrijven'. Dat loopt geheid uit de hand. Maar ach, ik laat het nog wat lopen... Chiro is meer dan blogwaardig genoeg om er tal van alinea's aan te wijden. Even wat hersens pijnigen - ja, die heb ik. Wat was bivak 2012 nog meer? Oh ja: een fenomenale fantastische zangstonde die ineens de soundtrack voor de rest van het bivak vastlegde. Ik zing in m'n slaap nog steeds 'O, met O daarrond', 'In de stille oceaan' en 'Een Nederlandse Amerikaan'. Ook de bal-marginal-pyjamafuif was onvergetelijk, al was het maar omdat 'Waar is de meisje' nooit meer hetzelfde zal zijn nu mijn zus en ik er een compleet fout dansje op maakten (inclusief compleet foute fitnessoutfit).
Dan was er nog het tripje naar het zwembad met de hele bende (alias operatie week-al-het-vuil-eraf-voor-de-bezoekdag), het zingen aan het kampvuur, de gestolen vlaggenmast, de koe die 's morgens stond te loeien vlàk aan de wasdraad, het luidkeels bikke-bikke-bik brullen bij elke maaltijd, het vreugdedansje als de postbode ook een briefje voor jou blijkt bij te hebben, het slapen met getrommel met de regen op het dak (en het ontwaken met de morgendauw, we zijn weer op bivak. Of wacht, was dat geen liedje?), het troosten bij heimweetraantjes, het trots zijn op de jongsten die op tien dagen écht groot worden, het trots zijn op de oudsten die helemaal klaar zijn om leiding te worden, het trots zijn op je leidingsploeg, je eigen groep (go tiptiens!), de kookploeg, de hele bende, jezelf.
Laat het duidelijk zijn: bivak 2012 was weer ronduit geslaagd! Hoogstwaarschijnlijk ben ik in mijn relaas honderd-en-één dingen vergeten te vertellen. Jammerlijk, misschien, maar dat is vast voor de volgende afstofbeurt. Of de volgende keer dat ik 'nog eens wat wilde schrijven'. Want over chiro raak ik toch nooit helemaal uitgebabbeld... Nog een laatste keertje, omdat het kan: CH, CHI, CHIRO, we zijn een toffe bende, we zijn van de CHIRO!